Het uitwisselingssemester is nu twee weken op weg en vooralsnog valt het me reuze mee. Ik heb nog steeds geen wachtwoord voor Moodle, maar gelukkig was de begeleider van het eerste vak zo vriendelijk me de PDF-versies van de Skripte (vergelijkbaar met de werkboeken van de OU) te mailen.
Eerlijk is eerlijk, ik heb dus ook nog niet zo heel veel kunnen doen. Ik ben halverwege deel 2 van 8 van BGB I, wat inhoudt dat ik de Einleitung en Rechsgeschäft und Willenserkläring (rechtshandeling en wilsverklaring) achter de rug heb en dat ik uitgebreid heb kennisgemaakt met de manier waarop een casus opgelost moet worden. Mijn eerste oplossing lukte best aardig. Alhoewel ik een hele stap oversloeg, kwam ik wel tot dezelfde conclusie als het antwoordmodel, dus uiteindelijk komt dit gedeelte vast wel goed.
Op zich valt studeren in het Duits me reuze mee. Na de eerste pagina’s was het al eigenlijk weer ‘gewoon’ om in het Duits te lezen en ook in het Duits de nodige aantekeningen te maken. Hier en daar krabbel ik wel een vertaling bij (ik probeer dat zo min mogelijk te doen), omdat die vertaling dan net even zorgt voor ‘Aha! Natürlich!’
Wat het studeren ook wel makkelijker maakt, is dat het Duitse privaatrecht in grote lijnen gelijk is aan het Nederlandse. De inhoud is dus al redelijk bekend en het is vooral zaak te letten op het juridisch Duits en de -soms echt minimale- verschillen tussen Duits en Nederlands recht.
Bij de zogenaamde Falllösungen (cases) duikt het ene na het andere van toepassing zijnde artikel op in m’n hoofd. Dat wil zeggen, de Néderlandse artikelen. Naar de Duitse zoek ik me vooralsnog een breuk. Het BGB is net als ons BW opgedeeld in meerdere boeken, maar de hoeveelheid, de inhoud en de volgorde komen totaal niet overeen. Het voelt een beetje als een droom, waarin je op een plek bent die je goed kent en waarvan je dus zeker weet waar de uitgang is. Alleen is die uitgang totaal ergens anders. Verwarrend. Vooral dat.
Verwarrend is ook het cijfersysteem. Volgende week moet ik de eerste Einsendeaufgabe opgestuurd hebben en geloof het of niet, ik hoop op een 1. Want een Duitse 1 is een Nederlandse 10. Een 1 zal het heus wel niet worden, laten we wel wezen, dus ik ben al blij als ik minimaal een 4 heb, wat dan een Nederlandse 6 is. Om het makkelijk te maken.
Over het tentamen wordt binnen de FernUni zelf nog gediscussieerd. In beginsel is het mogelijk het tentamen te maken in een studiecentrum van de OU, maar dan zal het tentamen geschreven moeten worden in het Duits. Dat leek mij vrij logisch, maar toch wordt er nu bekeken of er een mogelijkheid is waarbij de uitwisselingsstudenten het tentamen mondeling via internet afleggen. Nou. Dan heb ik toch echt een voorkeur voor een geschreven Duits tentamen, dus wat mij betreft geven ze ons gewoon de keuze voor mondeling of schriftelijk. Wat het uiteindelijk wordt zal ik in de loop van het semester wel horen. Het semester dat op veel verschillende manieren héél interessant is.
0 Comments