In 2007 kocht ik mijn eerste iMac en ik wist vanaf het moment dat ik hem voor het eerst aanzette dat Apple en ik een liefde voor het leven hadden. Ik nam een abonnement op de MacFan en niet veel later op het kakelverse blad iCreate. Een witte MacBook, een MacBook Pro, een iPad Air en heel wat jaren verder kijk ik nog steeds reikhalzend uit naar het moment dat deze bladen in de brievenbus liggen.

Over het algemeen laat in de winacties aan me voorbij gaan. Er zijn vaak leuke prijzen te winnen, maar geen producten die ik zou gebruiken. Tót afgelopen najaar iCreate 62 verscheen. Een góede koptelefoon, dát was nou nog eens een prijs waar ik iets aan had! Dus ik tikte een mailtje naar de redactie met de reden waarom ik deze prijs moest winnen en ik wachtte – bijzonder ongeduldig – af tot ik iCreate 64 (met daarin de uitslag) kon openslaan. Ik had gewonnen! Hoe gaaf was dat!

We zijn inmiddels alweer een paar maanden verder en alhoewel mijn intenties goed waren en ik deze koptelefoon echt voor de man wilde winnen, moet ik tot mijn schande bekennen dat hij hem in al die tijd maar één keer heeft mogen gebruiken. De koptelefoon is veel te fijn om gewoon niet lekker zelf te houden. Gelukkig zijn we getrouwd in gemeenschap van goederen.

De winnende mail:

Beste redactie,

In iCreate 62 kwam ik de winactie voor de Sennheiser Urbanite tegen. Dat heeft gewoon zo moeten zijn en ik zal u vertellen waarom.

’s Avonds om acht uur, als de kinderen eindelijk in bed liggen, verdwijnen mijn man en ik over het algemeen in het op één na kleinste kamertje van ons huis. Het gaat al mis bij de benaming van dit kamertje; ik zit dan namelijk in de studeerkamer, terwijl mijn echtgenoot in de computerkamer vertoeft.

Omringd door studieboeken en wettenbundels probeer ik me onder andere het aansprakelijkheidsrecht, verzekeringsrecht en strafrecht eigen te maken. Een nobel doel, al zeg ik het zelf. Mijn echtgenoot daarentegen slacht Duitsers af, ramt politiewagens, schiet hoeren dood of bouwt samen met Steve iets met blokjes om dat daarna weer af te breken, terwijl hij ondertussen geniet van de wonderschone klanken van Sabaton, Iron Maiden, Iced Earth en nog wat andere death metal-bands waarvan ik de naam niet kan onthouden.
Toegegeven, hij doet dat met een koptelefoon op. Maar dat middel is bijna nog erger dan de kwaal. Ik vang blikkerige trommels op, keelgeluiden van mannen met heftige faryngitis, gitaarsolo’s die onze jongste zoon van 5 met gemak kan reproduceren, afgewisseld met af en toe een luide knal als hij een granaat in een Duitse tank heeft gesmeten of het geratel van een machinegeweer wanneer die dooie Duitsers terugkomen als zombies.

Hem de studeerkamer uitgooien kan niet, want dan moet hij een enorme pc, twee schermen en andere toebehoren verplaatsen. Zelf ergens anders gaan zitten is ook niet efficiënt, omdat ik dan mijn halve boekenkast moet meeverhuizen en me dat zo een uur studietijd kost (want al die boeken moeten ook weer terug de studeerkamer in voordat de kinderen ’s ochtends wakker worden).

U begrijpt dat ik dus heel, heel, heel graag een góede koptelefoon voor mijn wettige wederhelft wil winnen, zodat ik weer in alle rust kan studeren. Hoef ik alleen nog maar een oplossing te bedenken voor zijn mechanical keyboard.

Josanne in her own write