Je knippert een keertje met je ogen en niet alleen november is voorbij, ook half december hebben we alweer achter de rug. En alhoewel ik wist dat november een drukke maand zou worden, had ik deze tornado toch zeker niet verwacht.

Alhoewel ik toch echt heel stellig van plan was om hoe dan ook een poging te wagen om dit jaar weer 50.000 woorden neer te pennen voor NaNoWriMo, had ik al heel snel in de gaten dat ik dat dit jaar wel kon vergeten. Er was gewoon niet voldoende tijd om even lekker te gaan zitten om te schrijven te schrijven en te schrijven. Dat bleek, want niet alleen schreef ik afgelopen november geen roman, er verschenen ook geen nieuwe blogs. Terwijl er zó veel concepten half af klaar staan in WordPress en er minstens net zo veel concepten nog in mijn hoofd zitten, ik kreeg letterlijk geen letter op papier. En daar baalde ik heel stevig van. Want als ik niet schrijf, word ik onrustig. Dat heb ik dan weer wél flink gemerkt in de afgelopen zes weken.

Ok, schrijven deed ik dus niet, maar wat deed ik dan wél? Ik zat met name fulltime achter een iMac in training om op de klantenservice te kunnen werken van een techbedrijf waar ik warme gevoelens voor heb. Het eindpunt van de training was mezelf iOS technical advisor te mogen noemen, maar daarvoor moest ik me wel drie weken lang door technische informatie over iOS, iCloud, Apple ID’s en aanverwante informatie worstelen. Of nou ja, worstelen… M’n eerste iPod kocht ik in 2004, m’n eerste iMac in 2007, dus de modules met namen als “Meet your Mac” waren voor mij niet heel lastig te volgen. Been there, done that. Maar ik moest natuurlijk wel aanwezig zijn. De training werd afgesloten met een examen, waarvoor je minstens 80% moest scoren om het te halen. Met die 94% die ik scoorde, zat ik dus prima. De lastigste vraag vond ik de vraag over Windows. Ik had géén idéé. 

Naast die training deed ik ook gewoon nog m’n groepslessen op de sportschool. Niet de lessen van de dinsdagochtend, want toen zat ik te trainen, maar wel m’n lessen op de dinsdag-, woensdag-, donderdag- en vrijdagavond. Mijn lessen op zaterdag ging ook al niet door; ik had in november ook 2 zaterdagen de training om BodyPump-instructeur te worden. Daarvoor moest ik natuurlijk ook nog even flink aan de bak, want het was de bedoeling om op de eerste dag al een nummer te presenteren én te schaduwen. Maar dat nummer moest ik wel nog “even” leren, tussen de training en m’n lessen door.
De eerste dag van de Pumptraining verliep zonder noemenswaardige problemen. Ik vond het hartstikke leuk, kwam erachter dat mijn lijf (ook al was het die dag ziek) meer kan dan ik dacht en ik kreeg minder technische correcties dan bij de training van BodyBalance. Ik keek dus best uit naar de tweede dag (ook al zou er die dag een ‘fysieke challenge’ zijn) en ik had er alle vertrouwen in.

Die tweede zaterdag kwam ik echter niet op de Pumptraining terecht, maar dealde ik met politie en verzekeringen. De vrijdagavond ervoor had ik na m’n werk de auto van m’n ouders (die ik mocht lenen omdat zij in Portugal zaten) in een parkeervak gezet, maar toen ik de volgende ochtend terugkwam om naar de training te gaan, stond die auto zes meter verderop, op de stoep, zonder achterruit, met een ingedeukte kofferbak temidden van een berg glas heel zielig aangereden te zijn. Dus ik was druk in de weer met politie, aangifte, verzekeringsmaatschappij, bergingsbedrijf en ja, m’n ouders, die ik toch maar wakker had gebeld tijdens hun vakantie, omdat ik ook niet wilde dat zij, na het wakker worden, allerlei mailtjes zouden hebben van politie en verzekering over een aangereden auto en al wat dies meer zij. 
In de week die volgde bleek de auto van mijn ouders total loss. Er was wel recht op vervangend vervoer, maar dat was maar voor vijf dagen, dus daar hadden ze ook niets aan. Gelukkig kon ik het zo regelen dat die vijf dagen pas in zouden gaan op het moment dat ik het vervangend vervoer zou ophalen, dus met een beetje plannen konden ze alsnog rijden als ze weer bibberend en wel op Schiphol zouden staan.

De laatste zaterdag van november was de jaarlijkse studentendag van de OU. Ik had me al in september ergens aangemeld om te gaan, altijd weer leuk om medestudenten en docenten te spreken, maar ik was de vrijdagavond ervoor zo moe, dat ik vergat m’n wekker te zetten. En toen ik eenmaal wakker was, had het ook eigenlijk geen zin meer om nog naar Utrecht af te reizen. Dus ik miste heel die studentendag. Balen!

Op de laatste vrijdag van de maand zouden mijn ouders weer terugkomen van vakantie. Ik stond op het punt om de jongens naar school te brengen, toen ik een appje kreeg van mijn moeder. “Je moet niet schrikken, maar je zusje ligt in het ziekenhuis.” Zij bleek ‘s nachts bij een calamiteit op haar werk gewond geraakt te zijn. Mijn vrijdag liep dus anders dan gedacht, want ik ging natuurlijk naar het ziekenhuis nadat ik de jongens had weggebracht. Op zich viel het gelukkig wel mee, het had veel erger kunnen zijn, maar mijn zusje mocht uiteindelijk pas op zondag weer naar huis. Ja, en toen was het natuurlijk alweer december.

Ook december geeft de indruk een drukke maand te zijn, alhoewel iets minder hectisch dan november. Het lukt me op dit moment in ieder geval weer om te schrijven, wat ik alleen maar vooruitgang kan noemen. Nu dus weer een vers stukje hier, iedereen weer op de hoogte, en dat verhaal dat ik in november wilde schrijven, komt binnenkort ook nog wel op papier. Ik heb er alle vertrouwen in.